Koken en bakken
Wat ga je doen?
Kooktijd en baktijd bepalen
Door koken of bakken wordt eten gaar. In het recept staat hoe lang de kooktijd of baktijd is. De kooktijd begint wanneer het water borrelt en het gerecht in de pan zit.

Kooktijden kunnen verschillend zijn. Zo moeten bijvoorbeeld boontjes langer koken dan macaroni of rijst.

Tip
Gebruik een kookwekker bij het koken en bakken. Dan hoef je niet steeds op de tijd te letten.
Volgorde kiezen. Zorg dat al het eten ongeveer op dezelfde tijd gaar is. Daarom moet je weten hoe lang de kook- of baktijd is.

Zet eerst het gerecht op de kookplaat met de langste kook- of baktijd. Zet daarna pas het gerecht op met een kortere kook- of baktijd.

Materialen veilig gebuiken
Veilig snijden. Bij het snijden van ingrediƫnten gebruik je een scherp mes. Snijden gaat dan gemakkelijker.

De goede pan kiezen. Met een kookpan kun je aardappels, rijst, pasta of groente koken. En koken doe je met water. Doe de pan niet te vol, anders kan het kokend water overkoken.

Een koekenpan is voor het bakken van vlees, vis of pannenkoeken. Hierbij gebruik je boter of olie. In een koekenpan zit een speciaal laagje waardoor er niets aan de bodem plakt. Gebruik een plastic of houten spatel, zo beschadig je de speciale laag niet.

Kookpitten gebruiken. Op een inductie kookplaat staan cirkels. Dit zijn de kookpitten. Een grote pit is voor grote pannen. Op een kleine pit zet je kleine pannen. Iedere kookplaat heeft zijn eigen bedieningsknop. Daarmee zet je een kookpit aan of uit. Met een bedieningsknop regel je ook de temperatuur.

Tip
Er zijn kookpannen met doorzichtige deksels. Heel handig!
Er zijn ook gas-kookplaten. Die werken eigenlijk hetzelfde. Iedere gaskookplaat heeft ook zijn eigen bedieningsknop. Daarmee zet je een kookpit aan of uit en kun je de gaspit hoger of lager zetten en daarmee de temperatuur regelen.

Met hete pannen omgaan. Pannen met kokend water zijn heet. Een koekenpan met hete boter is ook heel heet. Je kunt je flink verbranden. Loop daarom zo min mogelijk met een hete pan.Gebruik ovenwanten wanneer de handvatten van de pan heet zijn.

Gebruik onderzetters voor mijn hete pannen op tafel.

Tip
Draai de steel van de pan boven het aanrecht.
Koken en bakken
Aardappels en groenten. Elke dag hetzelfde eten koken is niet gezond. Je krijgt dan niet alle vitamines en mineralen binnen die je nodig hebt.

Met een dunschiller of mesje kun je aardappels schillen. Met een mesje haal je de pitten uit de aardappel en slechtere plekken uit de groenten weg.

Daarna snijd je de aardappels en groenten in stukken die ongeveer even groot zijn. Dan worden alle aardappels tegelijk gaar.

Na het schillen en snijden moet je de aardappels en groenten heel goed wassen. Zo komt er geen zand in je eten. Je kunt het eten in een vergiet doen en onder de kraan afspoelen. Of in de bak met water.

Tip
Gebruik snijplanken met verschillende kleuren. Zoals een groene snijplank voor de groente .
Dan kun je het gewassen eten in de pan doen. Doe er zoveel water bij tot ze bijna onder water staan. Dan wordt het eten goed gaar. Doe er niet te veel water bij want dan kookt de pan eerder over.

Eerst op hoge kookstand aan de kook brengen. Het water begint dan te borrelen. Daarna zachtjes door laten koken. Doe een deksel op de pan. Dan kookt het water sneller. Als het water kookt begint de kooktijd uit het recept. Zet de kookplaat dan wat lager en stel de kookwekker in.

Als de groente gaar is, draai je de kookplaat uit. Zet een vergiet in de gootsteen. En giet het water met de groente voorzichtig in het vergiet. Kantel de pan van je af. Je kunt ook een schuimspaan gebruiken om de groente uit de pan in het vergiet te scheppen.

Leg een onderzetter bij de gootsteen. Doe een deksel op de pan. Dan kookt het water sneller.

Pasta wordt gemaakt van tarwe en water. Macaroni, spaghetti en fusilli zijn voorbeelden van pasta. Het koken duurt kort.

Pasta wordt groter als je het kookt, gebruik een grote pan. Wanneer het water kookt, zet je de kookpit wat zachter. Doe dan de pasta voorzichtig in het water en zet de kookwekker. Het water moet wel blijven koken. Roer af en toe in de pan.

Tip
Rijst en macaroni worden groter als je ze kookt. Dus vul de pan tot de helft. En met een scheutje olijfolie erbij gaat de pasta niet plakken
Bakken doe je in een koekenpan of braadpan. Je kunt bakken met vaste boter, of met vloeibare boter of olie, dat is gezonder. Vloeibare boter zit in een fles en je kunt de boter hieruit knijpen. Het spettert niet zo erg als olie.

Laat de boter smelten, en als de boter heet genoeg is, leg je het vlees, ei, of vegaburger erin met een vleestang. Je hoort het sissen. Laat het eerst aan de ene kant lichtbruin worden. Draai het om en dan de andere kant bakken. Draai het eten regelmatig om.

Als het vlees is aangebraden gaat de baktijd in. In het recept of op de verpakking staat hoe lang het vlees moet bakken. Controleer na de baktijd of het vlees goed gaar is voordat je het gaat eten! Snij het vlees doormidden, dan mag je geen rood vlees meer zien. Anders kun je ziek worden.

Mix bij pasta. Je kunt ook bijvoorbeeld gehakt en groente samen bakken met een sausje voor bij de pasta. Daar kun je online ook recepten van vinden. Er zijn vele soorten kruidenmixen die je kunt gebruiken.

Ovengerechten. In de oven kun je ook veel gerechten maken zoals ovenschotels. Ook kun je broodjes afbakken.

Heb je vragen over Koken en bakken?
Laat het ons weten via dit formulier